‹ overzicht
Stond Moeke er maar, want nou krijgen ze nooit een doelpunt ...
Maandag 24 december 1951
Het moet me van het hart: Dat het kleine kereltje, met Moe gezeten op de tribune bij Oosterparkers - Be Quick, eigenlijk in die ene met schelle stem uitgestoten zielekreet, de betekenis van het gebeuren binnen de lijnen heeft samengevat.
In de wanhoop van zijn Oosterparkers-hart smeekte hij Koos, Heiko of hoe ze ook meer mogen heten, toch maar een doelpunt te maken en zelfs zijn Moeder stelde hij verantwoordelijk voor het uitblijven ervan. Waarop Ma nuchterweg opmerkte: „Ik sta er toch niet..."
Toen, ja toen diskwalificeerde hij in één smartelijke verzuchting het hele Oosterparkers-elftal door op te merken: „Stond Moeke er maar, want nou krijgen ze nooit een doelpunt"
Is het niet zo, dat kinderen en U weet wel altijd de waarheid spreken...? Be Quick kon niet aan haar prestige beantwoorden, ervoer dus de waarheid van hetgeen Bismarck reeds zei, dat prestige vreselijk lastig is, moeilijk te dragen en iets waarvan men gauw genoeg krijgt. Maar Oosterparkers kwam evenmin aan haar trekken, omdat bij de leerzaamheid en de inspanning, de (voetbal)schranderheid ontbrak, welke nodig geacht wordt om alles te boven te komen. En béide hébben mogen ervaren, dat Horatius gelijk heeft, waar hij „est modus in rebus" beweert. Inderdaad is in alles een maat, zowel in speelloomheid als in speeltemperament.
K.
Nieuwsblad van het Noorden, maandag 24 december 1951